Overweging in de kerstnacht (2009)

"De wereld, wakker gekust in een Kind". Een beeld voor wat we vieren in deze kerstnacht. Waar ik dit beeld aan ontleen kunt u misschien wel raden. Het is ontleend aan een sprookje, het sprookje van Doornroosje. Als in dat verhaal de vloek van de boze toverfee na 100 jaar is uitgewerkt kan een jonge prins eindelijk de doornenhaag doordringen die het kasteel omringt. De prins vindt binnen de slapende Doornroosje en kust haar. En zij komt weer tot leven, en met haar de hele hofhouding. En de prins en de prinses trouwen met elkaar en ze leven nog lang en gelukkig.

Zo gaat het in sprookjes. En zo hoort het daar ook; na het ontwaken is er enkel vrede en geluk. Zo gaat het niet als wij mensen tot een innerlijk ontwaken komen. Ik bedoel: wanneer we ontdekken dat wij echt lief kunnen hebben. Als we dat ontdekken, als wij de mensen, de wereld, het leven durven omarmen, dan valt ons meteen iets op. Als we ontdekken dat we liefhebben, dan zien we hoe prachtig de schepping is, maar ook hoe kwetsbaar ze is. Wijzelf en de ander en de hele schepping zijn kostbaar maar ook o zo broos. We leren als het goed is dat leven lief te hebben in al zijn broosheid. Ware liefde kan dat. Wie bemint kan best lang en gelukkig leven; maar het zal geen leven zijn zonder crisis, zonder vertwijfeling, zonder falen, zonder sterven. In dit alles wordt onze liefde op de proef gesteld, en als het goed is groeit ons vermogen om lief te hebben door alle beproevingen heen.

In deze nacht vieren we het feest van Gods liefde. God heeft de schepping lief en daarom stuurt Hij zijn Zoon. Want de mensen zijn afgeweken van de goede weg, de weg van de Tien Geboden. Naar de profeten hebben de mensen onvoldoende geluisterd. Daarom stuurt de Vader nu zijn eigen Zoon. De Vader hoopt dat, nu hij Zijn eigen Zoon stuurt, Hij de harten van de mensen wel weer kan winnen voor de weg van liefde en gerechtigheid. Jezus heeft toch wel iets weg van de jonge prins uit het sprookje. Hij heeft al eeuwenlang en tot op de dag van vandaag een en dezelfde missie. En steeds weer slaagt Hij er in om bij een groot aantal mensen door een barrière heen te breken, de barrière rond hun hart. Hij weet hun hart, hun ziel te raken. Hij breekt door hun opgebouwde pantser heen. En dan kust hij als het ware hun vermogen om lief te hebben weer wakker. Net zoals de prins uit het sprookje de slapende prinses wakker kust.

Toch voelt het misschien wat ongemakkelijk, om vergeleken te worden met een slapende die wordt wakker gekust. Hoezo zijn wij mensen die slapen? We doen toch ons best? We hoeven toch geen heiligen te zijn? Onze mogelijkheden zijn toch beperkt? Wat denkt die pastor wel? Wij hoeven heus niet wakker gemaakt te worden. Wij horen toch bij een wakker vaderland? Is dat zo? Ik zie om me heen hoe mensen bewust proberen te leven, hoe ze zich door moeilijkheden heen vechten, hoe ze er het beste van proberen te maken. Geweldig. Maar ik zie ook verharding, en dat mensen hun kop in het zand steken. De oorzaak is vaak onzekerheid, en angst voor de toekomst. We leven ook in een onzekere tijd, een tijd waarin grenzen vervagen.

Het kerstkind breekt dwars door muren heen. Wat zijn dan de muren van onze tijd? Een ervan heeft te maken met onze nationale identiteit. Wie zijn wij als Nederlanders? Wat bindt ons? Voelen we ons samen sterker als we hard roepen dat we tegen de islam zijn? Gelukkig zijn er steeds meer mensen die zeggen: zo moeten we niet met onze onzekerheid omgaan. Als we moslims gaan buitensluiten, zoals sommige politici willen, dan krijgen we alleen maar meer problemen. Als het vuur van de angst wordt aangeblazen, dan ontstaat er een muur van haat. Zo krijgt de liefde voor het leven, de liefde voor de mensen een knauw in ons. Zo denk ik er ook over. Een muur tussen christenen en moslims, dan kan toch niet Gods bedoeling met deze wereld zijn. In het kind in de kribbe kust God ons wakker; Het kind straalt uit: heb het leven lief en raak nooit in de ban van angst en haat.

We leven in een onzekere tijd. Er zijn meer vormen van verharding. En allemaal hebben we wel littekens op onze ziel; oude of nieuwe pijn, waar we liever niet mee geconfronteerd willen worden. Daarom zetten we er een muurtje voor. We schermen het af. Heel menselijk. Maar muren hebben de neiging te groeien. Denk maar aan de muur die de staat Israël bouwt om de Palestijnen heen. Die muur wordt steeds groter en hoger. Twintig jaar geleden viel gelukkig de Berlijnse Muur. Muren die gebaseerd zijn op angst en haat houden nooit eeuwig stand. Omdat het vuur van de liefde en de hartstocht voor vrede en gerechtigheid uiteindelijk sterker zijn. Ze zijn sterker omdat ze hun basis vinden in God, in God die liefde is. Vannacht vieren we het feest dat God zijn Zoon naar onze wereld zond. Dwars door opgebouwde muren heen weet het kind mensen te raken, tot in het diepst van hun ziel. Het kind maakt ons weer zacht; het maakt ons meer onbevangen. Het leert ons te leven met onzekerheid. Had het kind zelf niet een ongewisse toekomst? Toch bleef het door alles heen trouw aan Zijn Vader in de hemel en aan diens opdracht. Moge het vuur van de kerst ook in ons binnenste doordringen vannacht. Opdat we weer van binnenuit de weg van God durven gaan. Zonder angst, met een open vizier. Wel waakzaam, maar zonder al te grote bitterheid. Daarom wens ik u allen, mede namens mijn collega-pastores, een zalig kerstfeest toe.