Euthanasie (2011)

×

Waarschuwing

JUser: :_load: Kan gebruiker met ID: 194 niet laden

onderstaande verklaring over euthanasie

is op het einde van de viering in de kerk voorgelezen

Beste medeparochianen, het zal velen van jullie niet zijn ontgaan, dat er de laatste tijd onrust in de parochie is naar aanleiding van enkele gevallen van euthanasie en de manier waarop wij als parochie daarop hebben gereageerd of gereageerd zouden hebben.

Laat ik jullie eerst vertellen hoe het ook kan. Misschien een halfjaar geleden kwam een mevrouw bij ons aan de deur met de mededeling, dat haar man ernstig ziek was. Zij zou het fijn vinden als ik op bezoek kwam. Ik ben er inderdaad verschillende keren geweest. Wij hebben goed kunnen praten over leven en dood. Het was ook gezellig. De betreffende echtgenoot wilde zelf iets aan de viering van zijn eigen uitvaart voorbereiden. Daartoe heb ik hem enkele boekjes met bijbellezingen en liederen gebracht. We hadden een goed contact. Uiteindelijk is hij in vrede gestorven. En de echtgenote en haar familie waren zo blij met de uitvaart en de hele gang van zaken, dat zij meteen de dag na de uitvaart naar de pastorie kwamen om ons hartelijk te danken. En zo gaat het min of meer iedere keer.

Een andere keer belde een meneer op, dat zijn vrouw ernstig ziek was: of ik wilde komen. Na verschillende bezoekjes wilde zijn echtgenote graag het sacrament van de zieken ontvangen. Er waren verschillende familieleden bij. Het was mooi, we hebben zelfs plezier gehad. Later vertelde de echtgenoot, dat de familieleden, die bij de ziekenzalving aanwezig waren geweest, aan weer andere familieleden hadden doorverteld hoe goed het allemaal was. De echtgenote leeft nog steeds en het contact wordt steeds mooier en dieper.

In geval van euthanasie worden we soms wel en soms ook niet gebeld. In het laatste geval vernemen we soms later dat de uitvaart elders heeft plaatsgevonden; dat mensen voor de uitvaart soms naar een andere parochie gaan is hun goed recht. Helaas vertellen mensen in Heerhugowaard bij zulke situaties dan soms wel aan elkaar “dat het bij ons in de Dionysius niet mocht”, terwijl er dan soms in werkelijkheid door de betreffende familie op geen enkele manier contact met ons is opgenomen.

Wat soms ook gebeurt, is dat wij vlak vóór of vlak ná het plaatsvinden van een euthanasie worden gebeld. Veel mensen in en buiten onze parochie realiseren zich niet wat dat met ons doet: wij worden dan geconfronteerd met een moeilijke situatie waarin – gezien het late moment dat men ons erbij betrekt – bij de familie geen tijd of geen wens meer is om met ons hierover te praten. Er wordt dan gewoon van ons verwacht, dat wij “maar doen wat de familie vraagt”, terwijl aan ons geen gelegenheid wordt gegeven om te vertellen wat deze situatie met ons doet, wat het met ons geweten doet. Het is verdrietig om te constateren dat respect dan een eenrichtingsverkeer wordt: van ons wordt verlangd, dat wij alle respect hebben voor de wensen van de familie, maar omgekeerd is er geen respect voor onze beleving, voor ons geweten.

Op zaterdagavond en zondag bidden wij tijdens de Eucharistieviering altijd in de geloofsbelijdenis, dat God onze Vader is, de Schepper van hemel en aarde, de Schepper van àlle leven. Híj is Degene, die het leven geeft en Híj is Degene, die het leven weer neemt. Het vijfde van de Tien Geboden van God zegt ons, dat wij van niemand het leven mogen nemen, óók niet van onszelf. Dat was al zo in de tijd van Adam en Eva. Het gold ook al zo in de tijd van Mozes, die van God deze geboden op stenen tafels kreeg. Jezus Christus heeft op zijn beurt deze Tien Geboden bevestigd. Zij gelden nu nog steeds en als de wereld over duizend jaar nog bestaat, gelden nog steeds diezelfde Tien Geboden van God.

In de ogen van onze regeringen is euthanasie helaas geoorloofd. Maar in de ogen van God en van de Kerk is euthanasie een ernstige zonde tegen de Tien Geboden. Niemand mag zijn eigen levenseinde bepalen. Er zijn tegenwoordig wat meer mensen, die zelf het moment van hun dood willen bepalen vanwege het lijden, dat zij anders nog moeten ondergaan. Afgezien van de kwestie, dat ook lijden waardevol kan zijn - kijken wij maar naar het lijden van onze Heer Jezus Christus waardoor wij verlost zijn – kunnen met morfine pijn en benauwdheid tegenwoordig meestal afdoende worden bestreden. En in enkele gevallen kan men ‘palliatieve sedatie’ ondergaan. Dat is het toedienen van slaapmedicatie tijdens de stervensfase van een patiënt. Hierbij wordt de onderliggende ziekte niet meer behandeld en overlijdt een patiënt uiteindelijk aan zijn ziekte: een natuurlijke dood. Men kan dan van tevoren afscheid nemen van de familie, want de stervende weet, dat hij na het toedienen van dit middel in een diepe slaap zal vallen en niet meer wakker zal worden. Men beëindigt zo dus niet het leven, maar ondersteunt het sterven en laat de natuur zijn gang gaan.

Als mensen tijdig contact opnemen met diaken Frank Kamp of met mij kunnen wij heel wat keren bij hen op bezoek gaan en kan er zich een mooi en goed contact ontwikkelen. En als wij dan bij de stervende ontdekken, dat de wens tot euthanasie bestaat, kunnen wij met hem of haar en de familie in gesprek gaan om elkáár te begrijpen en wíj hebben dan ook de gelegenheid om te wijzen op andere mogelijkheden, die hetzelfde gewenste effect hebben, en die tegelijkertijd God als Schepper respecteren. Als mensen ondanks de aangereikte middelen dan toch kiezen voor euthanasie, is dat hun eigen vrije keuze, maar zij moeten ook ons de vrije keuze laten om hier niet aan mee te werken, zoals er ook artsen zijn, die vanwege hun gewetensvrijheid geen euthanasie willen verrichten. Afgelopen week hebben wij op het nieuws kunnen vernemen, dat de “Euthanasievereniging een kliniek voor de dood wil”, maar reeds de volgende dag kwam er een verklaring dat de KNMG (de Koninklijke Nederlandse maatschappij ter Bevordering van de Geneeskunde), niets ziet in een dergelijke kliniek. De Kerk staat in haar standpunt dus niet alleen.

In het boekje 'Pastoraat rond het verzoek om euthanasie of hulp bij suïcide' schrijven de Nederlandse bisschoppen, dat pastores in geval van euthanasie niet mogen meewerken aan een kerkelijke uitvaart. Jaarlijks worden de richtlijnen ten aanzien van hoe om te gaan met euthanasie beknopt herhaald in het ‘Directorium voor de Nederlandse Kerkprovincie’; om onze parochianen te informeren hebben wij in 2008 en in 2009 in het parochieblad en in de parochiegids hierover gepubliceerd.

De Kerk kan en mag ter bescherming van het leven onder deze omstandigheden geen medewerking verlenen aan een kerkelijke uitvaart; ook niet vanwege het uitdrukkelijke en bewuste breken met de wil van God. Het moge duidelijk zijn, dat het weigeren van een kerkelijke uitvaart ook ons als pastores aangrijpt, een worsteling in ons teweegbrengt, waarbij wij ons alles behalve prettig voelen. Wij bieden in dergelijke omstandigheden wel aan een uitvaart te houden in het rouwcentrum achter de kerk of in het crematorium, maar hiervan wensen sommige families geen gebruik te maken.

Voor alle duidelijkheid: er is een verschil tussen euthanasie en zelfmoord. Over euthanasie denkt men rustig na, men neemt er de tijd voor, het is dus een bewuste en vrije keuze, die men samen met de familie en een arts - dus met vele betrokkenen - maakt. Mensen, die zelfmoord plegen, hebben vaak zodanige psychiatrische problemen, waardoor zij handelen in een moment, waarin zij verminderd toerekeningsvatbaar zijn. Daarom mag voor hen wel een kerkelijke uitvaart worden gehouden.

Wat wij als pastores graag willen en wat wij liever niet willen.

Wij willen graag tijdig betrokken worden in een stervensproces, zodat wij samen met de stervende en de familie kunnen toegroeien naar die ene grote dag, dat wij God gaan ontmoeten. We willen liever niet, dat een uitvaartondernemer - het ging niet om Peter Sneek (!) - ons opbelt om een uitvaart te regelen en dat bij verder doorvragen ‘de overledene nog blijkt te leven’. Wij willen niet, dat een uitvaartondernemer ons standpunt aan de familie meedeelt waardoor wij niet eens meer tot een gesprek worden uitgenodigd. Want juist dat is wat wij zo graag willen!

Het moge duidelijk zijn, dat een kerkelijke uitvaart onder deze omstandigheden ook niet in een omliggende parochie mag worden gehouden. Gebeurt dit toch, dan is dat oncollegiaal. Als collega-pastores eigen regels hanteren leidt dit er bijvoorbeeld toe, dat wíj als koud en kil worden weggezet, terwijl wij in werkelijkheid van alles hebben geprobeerd en aangeboden, maar de kans niet hebben gekregen om met de familie in contact te treden. Pastores zijn allen gebonden aan dezelfde duidelijke regels.

Met deze verklaring is de kwestie niet afgedaan. Er volgen binnenkort nog meerdere gesprekken, onder andere met de bisschop, monseigneur Punt.

Lieve parochianen, deze kwestie laat ons absoluut niet koud! Zij raakt ook ons diep in het hart. Wij willen mensen in deze omstandigheden zó graag helpen, maar mensen, die in een zo laat stadium en zonder ons er tijdig in te betrekken, kiezen voor actieve levensbeëindiging, maken het met hun eigen vrije keuze ons onmogelijk om te helpen. Ik hoop, dat nooit iemand van jullie het besluit neemt om zijn eigen leven zelf te - laten - beëindigen. Wij willen er graag voor jullie zijn, maar binnen de grenzen, die God ons heeft gegeven. Mocht iemand van jullie nog vragen hebben, dan kunnen jullie je gerust wensen tot diaken Frank Kamp of tot mij.

Pastoor Frank Domen

Heerhugowaard, 24 januari 2011