Bezinning (2013)

Sta eens even stil, denk eens na, kom tot bezinning, anders gebeuren er nog ongelukken".
Deze goede raad kunnen we elke dag opnieuw ter harte nemen.
Maar het valt niet mee daar steeds weer de tijd voor te vinden.
Mensen die voor hun werk dagelijks in het verkeer zitten en dus in een file terecht komen benutten die tijd vaak om een en ander een plaatsje te geven:
Wat ze die dag hebben meegemaakt, wat er tegen hen gezegd is, wat ze gelezen hebben, wat is tegen gevallen, de geboekte succesjes, nieuwe gezichten,
plannen die moeten worden uitgewerkt, de agenda voor de komende tijd enz.
Het moet allemaal een plaats krijgen, een zin, betekenis in het geheel van levensvervulling.
Als je zakelijk druk bezig bent kom je niet gemakkelijk toe aan bezinning op grote
vragen, op de betekenis van het leven zelf, op je levensdoel.

Ook de leeftijd kan een handicap zijn voor die bezinning.
Jonge mensen leven veelal alsof ze het eeuwig leven op dit ondermaanse voor zich hebben.

Toch komt er een moment waarop je opnieuw invulling van je dag moet vinden, je leven en soms je levensdoel moet bijstellen.
Dat moment kan aanbreken als je ontdekt dat je niet meer zo goed kunt lopen, als je niet meer zo goed kunt horen, niet meer zo goed zien,
als je vriend of vriendin, je huisgenoot komt te overlijden, als je oud en/of ziek wordt.

Dat alles kan aanleiding tot bezinning zijn, maar kan er ook vanaf houden.
Mensen die ziek of oud zijn kunnen gemakkelijk helemaal gefocust raken op hun beroerde lichamelijke of geestelijke toestand.

Stel je voor dat je dan vervreemd raakt van je levenskeuze.
Als je hebt gekozen om een teken van rust, stilte, gebed en bezinning en gerichtheid op
God te zijn en dat raakt helemaal buiten beeld.
Dat is pas echt een ramp.
In het evangelie van vandaag gaat het over 10 zieken die maar
op één kwestie afgestemd stonden: Hoe wordt ik beter?

En als ze dan genezen is er maar eentje die zich bezint op wat er gebeurd is,
die zich losmaakt van de blik die alleen op zichzelf gericht was.
Hij keert om een toont dankbaarheid.
Het vraagt moed om opnieuw betekenis te geven aan wat er over blijft.
Moed, dat is alweer een gave van God Geest, die mij de vraag doet stellen:
Hoe kan ik, met wat ik over heb, van nut zijn naar de mensen en de wereld om mij heen?

Een handicap of bedreigende situatie hoeft geen alibi voor die vraag te verschaffen.
Daarvan zijn prachtige voorbeelden.
Denk maar aan en Lidwina van Schiedam, die 30 jaar ziek te bed lag, maar een stralend teken van geloof en vertrouwen was.
Of Jezus Christus zelf die door zijn dood en over zijn dood heen zin heeft gegeven aan wat hem overkomen is.
Dat blijkt dus te kunnen, maar wat er voor nodig is: "Sta eens even stil".