Weest waakzaam (2009)

Inleiding

Aan iedereen een welgemeend zalig en een gelukkig nieuwjaar. Vandaag is het in de Katholica, NIEUWJAAR. Over de hele aardbol begint voor vele gelijkgestemde gelovigen het nieuwe kerkelijk jaar. En dank zij deze Katholica voelen wij ons ook verbonden met elkaar: broeders en zusters die samen onderweg zijn. En waar we naar toe gaan is voor velen niet zo duidelijk. Maar dàt we onderweg zijn is niet te miskennen.

Wat ons bindt? Een geloof. Wij noemen ons gelovigen.
GELOVEN betekende in den beginne: loven, prijzen, lief hebben, koesteren. Het is slechts in de 16e-17e eeuw, na de renaissance, dat het woord "geloof" zich verengd heeft en een meer intellectuele invulling. Een soort rationele instemming van een aantal gelovige voorstellingen. CREDO, Ik geloof... wil niet zeggen dat we hier zijn om een aantal artikels van het geloof te aanvaarden. Het wil zeggen: ik geloof,

PRAXIS; Een proces van toewending en toewijding, ik engageer mij. Wel, broeders en zusters, geloven heeft te maken met PRAXIS, met zich gedragen, met DOEN. In plaats van te beslissen of je al dan niet in God gelooft, doe je eerst iets. Je gedraagt je op een bijzondere wijze, je wordt gedoopt, je gaat naar de kerk en pas daarna probeer je te verstaan wat dit allemaal wil zeggen. Zalig zij die gedoopt zijn en hier aanwezig zijn. En ook zalig zij die niet gedoopt zijn en hier toch aanwezig zijn.

Religieuze doctrines en dogma's zijn oproepen tot acties. Je begrijpt ze alleen maar wanneer je er in zit, wanneer je ze uitvoert. Natuurlijk kan je de kanttekening maken in hoeverre je dan nog in de wereld staat. Je krijgt inderdaad gedrochten zoals Christus koning van het heelal. Ik had me bij het heelal trouwens nooit het diepste putteke van mijn ziel voorgesteld. Hoe ver staat dit beeld van een hedendaags begrijpen van geloof; vooral wanneer CREDO: engagement betekent.

Doorheen heel veel religies merk je dan een oproep tot, wat de boeddha zo mooi zegt: COMPASSIE: voelen hoe de ander zich voelt. Het is niet alleen de test van elke ware religie; het is ook datgene wat ons in het nu brengt; in wat Joden Moslims en Christenen God noemen. Het is Compassie zegt Boeddha die je tot het Nirwana brengt.
Waarom? Omdat in de compassie, wanneer we ons ego ONT-TRONEN van het centrum van onze wereld, wanneer we de ander voelen, dan kunnen we die ander op deze troon plaatsen. Eenmaal dat we verlost zijn van ons ego, dan zijn we klaar om het heilige, het goddelijke, om God te zien.

Ik nodig u, broeders en zusters in geloof, dan ook uit om bij het begin van dit nieuwe kerkelijke jaar uw geloof opnieuw te belijden, niet zozeer in dogmatische doctrines waarvan de meesten van ons niet begrijpen waarover we spreken, maar in engagement, in waar geloof. En doen we dat vandaag, bij het begin van de advent, het begin van het nieuwe Kerkelijke jaar, door elkaar een zegening toe te zingen.
Een Zalig en Gelukkig Nieuwjaar!

Gebed: Misintentie

Tot aangevochten en beproefde mensen
komt uw woord,
tot hen die twijfelen en geloven
en angstig zijn.
In onze onmacht spreken wij U uit
in ons niet-meer-weten
spreken wij U verder
met lege handen geven wij U weg -
zo worden wij
gekruisigd en door U verlaten...
uw kracht,
uw wijsheid,
uw geliefde dochter en zoon.

Huub Oosterhuis

O Marcus, O Mores,
Marcus, Tullius Cicero deed in de eerste eeuw voor Christus zijn befaamde uitspraak: O Tempora, o Mores. O Tijden, o zeden. In dit nieuwe kerkelijk jaar waar er veel meer uit het Marcus-evangelie dan uit de andere evangelies zal worden gelezen, zouden we de uitspraak van Cicero kunnen veranderen in: O Marcus, o mores: O Marcus, o zeden. Want het is Marcus die voor het eerst het nieuwe genre evangelie componeerde. Hij is de oudste van vier evangelisten die ons althans overgeleverd werden door onze Katholica.
Dat deze katholieke moeder het kaf van het koren heeft gescheiden en daardoor weinig meel heeft overgehouden is een zaak voor een andere discussie. Maar toch wil ik terzijde opmerken dat er veel meer dan 4 evangelies gecirculeerd hebben in de eerste eeuwen na Christus en dat er een heel groot deel verdwenen is of ons slechts bereikte buiten de Katholika om. Wij baseren ons hier op 4 evangelies die sterk werden gekneed door Marcus. O Marcus, O Mores.

Marcus stond prototype voor de overige drie evangelies. Dat Marcus niet alleen qua vorm maar ook qua inhoud zeer determinerend geweest is, is een zaak waar we pas de laatste decennia ons bewust van zijn geworden. Marcus schreef zijn evangelie in Rome, in het jaar 71, een jaar na de val van Jeruzalem. Hij schreef voor, wat wij nu, antisemitische Romeinen zouden noemen.

De Romeinen hebben het jaar voordien oorlogsbelasting moeten betalen om het leger te kunnen uitrusten dat naar Palestina was vertrokken om daar de opstandige Joden een toontje lager te doen zingen. Komen aandraven met een Messiaanse Jood was hetzelfde als staan roepen in een woestijn. Maar voor deze onmogelijke opdracht stond Marcus. Kunnen we hem dan verwijten dat hij zijn Romeinse toehoorders een beetje naar de mond praatte. Want net zoals deze typische Marcussaus die over het evangelie druipt, Zo hangt er aan de andere evangelisten ook altijd wel een historische geur.
Matheus spreekt altijd ten voordele van zijn kleine Christen-gemeente temidden van een grote joods samenleving. Lucas heeft het voor de Grieken en Johannes, Tja Johannes is mystiek, iets voor de voorganger van vorige week. En Marcus is dus pro Romeins. Over Marcus zal er trouwens tijdens dit liturgisch jaar een avond worden georganiseerd. Maar wanneer we de historische horizon proberen weg te denken, dan komen tot een meer authentiek begrijpen van de woorden van 2000 jaar geleden.

Het evangelie vandaag wordt vaak in het daglicht van de geschiedenis gelezen. Een heel 13e hoofdstuk lang orakelt Jezus over de verwoesting van Jeruzalem die dan blijkbaar 40 jaar later zou plaats vinden. Niet moeilijk wanneer je 1 jaar na de feiten je evangelie schrijft. Je kan dus de oorlogscontext bijna niet wegdenken. En toch zit er een diepere bodem in de lezing van vandaag dan alleen maar de zorg dat je familie niet wordt uitgemoord door een vreemd leger. Maar laat ons eerst luisteren naar wat Marcus ons te zeggen heeft.

Lezing uit het evangelie

Weest waakzaam.

Wanneer iemand tegen je zegt: "Weest waakzaam", dan spits je je zintuigen. Je gaat proberen scherper te zien. Je probeert beter te voelen, je luistert naar elk geluid. Elke verandering van geur wordt waargenomen. Je proeft als het ware je omgeving. "Weest waakzaam" scherpt onze zintuigen aan.

Wanneer ik in de klas zeg: "Weest waakzaam" dan vragen leerlingen me telkens, waarvoor moeten we waakzaam zijn? Meestal glimlach ik dan even en stuur ze met een kluitje in het riet. Want... zo worden ook wij vandaag met een kluitje in het riet gestuurd. En wanneer we dan met dat bewuste kluitje het riet worden ingestuurd, zonder voorgeprogrammeerd te zijn waarover we moeten waken, dan wandelen we een klein beetje onbevooroordeeld de wereld in omdat we niet weten hoe of wat we moeten doen. Er is een woord: "Weest waakzaam" En oproep, een bevel, een verwachting, ... het doet er niet toe. Wij worden opgeroepen om met waakzaamheid de wereld in te trekken. We worden aangesproken in ons doen. Het roept onze verantwoordelijkheid op. Er zit verwachting in. De verwachting van, : "Je zal wel zien". of de verwachting van "Het is er nog niet, maar je gaat het tegenkomen". Het houdt ons bezig en wel met verscherpte aandacht. Ik denk dat het een heel sterk woord van Jezus moet geweest zijn:

"Weest waakzaam". Je vindt het heel vaak terug in de Jezus-woorden. Nog maar enkele weken geleden sprak Marcel nog over de maagden die waakzaam waren wanneer de bruidegom kwam en zij die niet waakzaam genoeg waren. Maar ook in andere vormen vinden we deze waakzaamheid terug. De priester en Leviet die hun voelen afsloten terwijl een vreemde Samaritaan juist zo open en voorzichtig mogelijk , heel waakzaam, met de beroofde man omging. Of Johannes die ons volgende week de merkwaardige woorden "Ik doop met water, Hij zal dopen met Heilige Geest" toespreekt.

Dit "waakzaam zijn" houdt in dat je probeert onbevooroordeeld de wereld in te stappen en dus niet voortdurend de splinter uit iemand anders oog te halen. Het betekent dat je de dingen op je af laat komen, zoals Jezus vele mannen, vrouwen, Farizeeën, hogepriesters, rechtvaardigen en zondaars op zich af liet komen. Het betekent dat je wordt opgeroepen om je verantwoordelijkheid op te nemen, zoals de Samaritaan dat deed. Sta in de wereld als een ware gelovige met geloof in de ware betekenis van het woord: veroordeel niet, heb lief, de schepping die jou gegeven is.

Slotbezinning

Het keerpunt
is nooit
een plaatsnaam
een datum
een vrouw
het is een ovale lijn
die ongemerkt
langzaam
maar onomkeerbaar
op een dag
alles anders laat lijken

Stef Bos