Over zorgeloosheid (2008)

Gebed

Laat dit een uur zijn
waarin ons hoofd en ons hart,
wie wij zijn
en wat wij doen
ons overgeeft aan U,
Gij, liefde zelf.

Laat dit een uur zijn
Waarin wij ons op U richten
Om onszelf te hervinden,
Elkaar te zien,
Onze weg te weten.

Laat dit een uur zijn
Dat ons hart opvrolijkt,
Ons hoofd verheldert
En ons bevrijdt
Van de daden,de woorden, de gedachten
Waarmee wij U en elkaar bezeren.

Als ons bidden en ons zingen
Nar de hemel opklimt,
Wees dan aanwezig
En laat uw erbarmen op ons dalen
En ons hart verruimen,
Dat wij vrijuit onze lof zullen zingen,
Nu en altijd. (S. de Vries)

Inleiding op de lezingen

‘Wees niet bezorgd'. Deze slagzin beheerst de Bijbelse teksten van deze zondag. Kijk naar de vogels in de natuur en naar de bloemen langs het veld, zegt Jezus in de Bergrede tot zijn leerlingen. Specifiek tot diegenen, die hadden besloten Hem te volgen en daardoor hadden gekozen voor een leven vol onzekerheid. Ik las een commentaar op deze tekst van een exegeet, die jaren in de Filippijnen heeft gepreekt en les gegeven. Hij schrijft dat hij deze Bijbelpassage nooit heeft durven voorlezen voor zijn arme gelovigen, die elke zondag samen komen. Terecht stelt hij zich de vraag of de oproep tot zorgeloosheid niet gericht is tot de welgestelden voor wie voedsel en kleding een evidentie is. Het is daarom des te straffer dat Jezus deze oproep op de eerste plaats gericht heeft tot die kleine groep van volgelingen, zeg maar die groep van haveloze meelopers.
Ook de eerste lezing roept tot eenzelfde vertrouwen op. Op het ogenblik dat het grootste deel van de bevolking werd gedeporteerd en de stad Jeruzalem er triest en verlaten bij ligt, roept de profeet Jesaja in naam van de Ene het volk op om te blijven vertrouwen.

Homilie

Moeten wij zorgeloos zijn of niet net extra bezorgd om het lot van deze aarde en van zovelen die met een bang hart de dag van morgen tegemoet zien? Is de raad om niet teveel aandacht te geven aan kleding en voedsel niet eerder voor de westerse welgestelde mensen, die twee keer per jaar tijdens de koopjestijd als bezeten door de winkels vliegen? En hoe kun je onbezorgd blijven als het fout loopt met één van je kinderen, als je totaal geen werkzekerheid hebt, als je voelt niet voldoende kracht te bezitten om je situatie het hoofd te bieden?

Ik bleef deze week met dit thema in mijn hoofd zitten en raakte er niet uit. Daarbij was het een ontzettend drukke week waarin ik naast mijn gewone werk nog enkele lessen en een conferentie moest gereed maken zodat ik er 's nachts wakker van lag. Dus helemaal het tegendeel van onbezorgdheid. Ik raakte niet wijs uit de tekst. Daarom vroeg ik in een toevallig gesprek aan iemand: ‘Vind jij onbezorgd zijn belangrijk?'. En het antwoord trof mij: ‘Ik vind onbezorgdheid heel belangrijk. Voor mij betekent het mentaal tot rust komen. Het doet me denken aan mijn kindertijd toen ik helemaal in een boek kon opgaan.'

Diezelfde dag had ik een gesprek met een vrouw, die na een lange periode van echtelijk geweld, van zorg om haar kind, van onzekerheid omtrent haar huisvesting zich neerzette en zei: ‘Ik voel mij de hele week reeds heel vreemd. Alsof alles van mij is afgevallen. De rechter is een stuk van mijn dossier kwijt, de advocaat van de tegenpartij spreekt kwetsende woorden die onwaar zijn, het OCMW vindt dat ik geen recht heb op een sociale woning. Ik weet het totaal niet meer. Maar plots dacht ik: ze doen maar. Ik zit al een week lang in mijn tuin te werken, want het contact met de aarde doet mij deugd. Ik ben niet depressief, maar heb het gevoel veel energie in mij vast te houden en wacht op het moment dat ik ze goed kan besteden. Net alsof ik helemaal naakt ben. Iedereen is bezorgd om mij, maar niemand begrijpt het gevoel waarmee ik nu zit.' En dan begint ze zachtjes te wenen, want met de gelatenheid komt ook een gevoel van weemoed. Zo zaten we daar een tijdje te praten, wat stil te zijn en te luisteren. Ik had het gevoel te beseffen wat met haar gebeurde en vond het zo'n grote stap vooruit tegen de vroegere rusteloze en hopeloze strijd om iets waar ze geen greep op had. Plots was er ruimte om mentaal thuis te komen en wachtend uit te zien waar haar leven naar toe wil.

Zo keerde ik terug naar de Bijbelse teksten van deze zondag en de lessen die men mij had geleerd. Wat staat er in de tekst? Het Griekse woord merimnein betekent: angstig naar de toekomst kijken. Merimnai betekent: de zorgen van het leven die je beletten in slaap te geraken. In het NT vindt men het normaal dat het leven zorg vereist, maar de zorg wordt angstige bezorgdheid als je alleen met jezelf en je toekomst bezig bent. Die toekomst heeft men niet in handen. Vandaar de idee te vertrouwen op God.
Jezus roept zijn leerlingen op om te vertrouwen in hier en nu. Zijn oproep tot onbezorgdheid moet je lezen in de grote context van de Bergrede, de redevoering die zich op de eerste plaats richt tot de anawîm, de armen van de Heer. Precies tot deze haveloze groep zegt Jezus niet bang te zijn, maar vertrouwen te hebben. Was het ook niet datgene wat mijn gesprekspartners mij deze week leerden? Je mentaal vrij maken, terugkeren in het hier en nu en helemaal kunnen opgaan in wat ik daarbij kan ontvangen. Zoek eerst het koninkrijk van God en zijn gerechtigheid, zegt Jezus, en al de rest zal je worden toegeworpen.

Zouden al onze zorgen, ons bang uitzien naar de toekomst verdwijnen, indien we hier en nu zo leven dat er een ruimte vrij komt waarin God en zijn gerechtigheid vorm kan krijgen?